Den Haag - De discussie over keizersneden bij dikbilrassen wordt scherper. Staatssecretaris Dijksma stuurt na het zomerreces een beleidsbrief over ingrepen aan dieren naar de Kamer en daarin komt volgens het ministerie ook het onderwerp keizersneden aan bod.
Sharon Dijksma

Ter voorbereiding van deze beleidsbrief zijn de afgelopen weken gesprekken gevoerd met belangen- en sectorvertegenwoordigers.

Volgens Nico Verduin, als portefeuillehouder dierenwelzijn van LTO erbij betrokken, is alles bespreekbaar. “We moeten reëel zijn: de maatschappij en de politiek accepteren niet meer dat kalveren standaard via een keizersnede geboren worden.” Wel vindt Verduin het belangrijk dat de sector de tijd krijgt om zelf verantwoordelijkheid te nemen en oplossingen aan te dragen. Hij benadrukt de aanpak in ketenverband, dus ook fokkerij en vleesafzet hebben een belangrijke rol.

Bij dierenorganisaties Wakker Dier en de Dierenbescherming is de standaard keizersnede al langer een doorn in het oog. Het terugdringen van het aantal keizersneden is voor deze organisaties te mager. Bert van den Berg, beleidsmedewerker veehouderij bij de Dierenbescherming: “Ons standpunt is: gebruik andere lijnen of rassen zodat er geen keizersnede meer nodig is. Van 80 procent naar 50 procent keizersnede is nog steeds onaanvaardbaar.” Dat dit voor de vleesveehouders grote consequenties heeft, is voor Van den Berg geen argument. “De consument kijkt daar heel anders tegenaan.”

De sector is enkele jaren geleden begonnen met het project Natuurlijk Luxe. De binnenbekkenmaat blijkt een goede voorspeller voor de mogelijkheid van koeien om natuurlijk te afkalven. Volgens projectleider Jan ten Napel is er via fokkerij op binnenbekkenmaat veel mogelijk maar duurt het wel 4 tot 5 generaties voordat dikbildieren net zo kunnen afkalven als andere vleesveerassen. Beide stamboeken zijn met het meten van binnenbekkenmaten aan de slag gegaan. Het is vrijwillig waardoor lang niet alle vleesveehouders meedoen.

Jan van de Wiel, interim voorzitter van het Belgisch Witblauwe stamboek, neemt de recente ontwikkeling zeer serieus. “Het Belgisch Witblauwe stamboek zal het nu breed oppakken. Dit geeft wel een lading aan de discussie.” Van de Wiel is van mening dat er in het verleden niet spectaculair veel aan is gedaan. “Nu moet het onze volle aandacht krijgen, de boodschap is duidelijk”. Het Verbeterd Roodbont-stamboek wil eerst de brief afwachten voor ze commentaar geeft.

Bron "De Boerderij"